Stap 1: Lees de krant
Wie goede opiniestukken wil lezen, hoeft maar naar een nieuwssite te gaan en kan ze daar aanklikken. Vrijwel niemand leest meer de papieren kranten waarin ze staan. Zeker niet als ze later op de dag als vanzelf ook in je inbox, timeline of knipselmap belanden.
Maar zo lang kranten nog op papier verschijnen, kun je pas effectief opiniestukken schrijven als je die regelmatig helemaal leest. Van voor tot achter. Niet omdat dit je meer kennis oplevert dan wanneer je alleen online media volgt. Wel omdat het je helpt een originele invalshoek te kiezen voor je opiniestuk.
Als je dan door kranten bladert, moet je niet alleen de koppen scannen, maar ook lezen en kijken wat er níet staat. Probeer de selectiecriteria te ontdekken van de redacties. Zodat je kunt inschatten bij wie belangstelling zal zijn voor het opiniestuk dat je straks gaat schrijven.
‘Jaren van oefenen en experimenteren’, schreef een lezer van NRC de hoofdredactie eens, ‘hebben me slechts een beperkt beeld opgeleverd van het redactionele beleid ten aanzien van ingezonden teksten. Zou het mogelijk zijn me enkele aanwijzingen te geven?’
De krant antwoordde:
Toch kan iedereen al na een middagje kranten lezen zien dat een paar regels altijd opgaan, voor elke pagina, in elke krant.
Zoals ‘seks en sensatie’, wat mijn journalistiekdocent, wijlen Ton van Dijk, me leerde en wat ook de kop werd boven een recensie over dit boek. Het is nog steeds een mooie vuistregel. Later hoorde ik dat hij altijd ‘socialisme, seks en sensatie’ had gezegd, dus met aandacht erbij voor gewone mensen. Beter.
Zowel het rijtje antwoorden van NRC als dat van Ton van Dijk is in lijn met allerlei onderzoek naar de keuzes van krantenmakers. Zo is bewezen dat televisiejournalisten sinds de jaren tachtig steeds meer aandacht besteden aan ongelukken, schandalen, criminaliteit en seks, en dat het steeds vaker over personen (‘de man op straat’) gaat dan over abstracte onderwerpen en organisaties.
Opinieredacteuren zijn niet veel anders dan andere journalisten. Ik heb de onderzoeken en vele lijstjes criteria naar wat journalisten drijft samengevat in deze tien punten; verderop in het boek komen ze nog regelmatig terug.
Van journalisten gaat het hart altijd sneller kloppen als:
Hoe meer van deze punten in een gebeurtenis aan bod komen, des te meer er aan de hand is en prominenter journalisten het presenteren.
Het onderwerp met de meeste vinkjes komt op de voorpagina van de krant of aan het begin van de uitzending, en bovenaan de nieuwspagina.
Nieuwssites en kranten staan vol verhalen over conflicten, bekende mensen, recordbrekende prestaties en recente gebeurtenissen. Waarom dat is, zal je niet verbazen: journalisten weten dat hun publiek daar graag over alles over willen weten. En het liefst zo snel mogelijk ook.
Dat brengt ons bij het begrip ‘call-to-action’ uit de marketingwereld. Je klikt op een link als die jou meer belooft. En je klikt sneller op stellige en sensationele links dan op links die alleen maar vragen oproepen. Goede links en goede koppen zijn ook ‘calls-to-action’ die je naar de bestemming brengen waar jij wilt zijn. Die je ‘navigeren’.
De meeste kranten en sites hebben een navigatie die begint met het nieuws en die daarna interviews, reportages en andere achtergrondinformatie brengt. Pas dáárna komt het journalistieke genre van opiniestukken, columns, cartoons en satire.
Lezers komen dus via de navigatie van nieuwsmakers dus niet zo snel bij opiniestukken terecht als je zou hopen. Alleen via sociale media of zoekmachines slaan mensen alle eerdere items over.
Argeloos bladerend publiek heeft er dus al heel wat tijd op zitten en veel andere items gelezen voordat het bij jouw opiniestuk is. Juist als opiniemaker moet je lezers daarom spanning en sensatie geven. En de nieuwswaarden erbij pakken.
Ga er van uit dat de meeste lezers van kranten en nieuwssites pas aan jouw tekst beginnen als de call-to-action eruit knalt. Als de kop hen in je tekst trekt, of als de bijhorende foto opvalt.
Kijk maar naar hoe je zelf door een nieuwsapp scrollt en bladert door een krant. In een fractie van een seconde beslis je of je verder leest, of wegkijkt op zoek naar een ander artikel om te scannen. Zelfs op pagina’s met overlijdensadvertenties werkt ons brein op deze manier.
Alleen mensen die alle tijd van de wereld hebben, lezen een krant van A tot Z en een website van boven tot beneden. Voor de rest van het scrollende publiek moet je echt je best doen. En als opiniemaker misschien nog wel meer, omdat je geen nieuws, maar een reactie geeft.
Kom dus met een choquerende, bij voorkeur fotogenieke opinie, over mensen. Leg je standpunt altijd naast het lijstje van journalistieke criteria en vraag je af met welk van de tien punten van hierboven je eerste alinea straks begint.
Of leg het langs de lat van Ton van Dijk (‘socialisme, seks en sensatie’), en leg die lat hoog. Want van spanning en sensatie kan er in je opiniestuk niet gauw te veel staan. Juist omdát je stuk pas na het nieuws wordt gelezen.
Is er dus een maatschappelijke misstand? Benader die dan niet alleen als socialist maar ga in de tekst de barricades op.
Maak je tekst niet alleen aantrekkelijk, verléid je lezers. Niet met beeldend taalgebruik, maar met woorden die alle zintuigen doen prikkelen. In de volgende stappen lees je daar meer over.